Myrte van Lonkhuijsen, MsC, IBCLC

Myrte van Lonkhuijsen is als lactatiekundige IBCLC sinds 2000 actief in het vak. Haar eerste motivatie was anderen vrouwen een goede borstvoedingservaring te gunnen. Inmiddels is zij gefascineerd geraakt door de de interactie tussen ouders en baby(s), de samenhang daarvan met technisch aanleggen en de complexiteit van babyvoeding en ouderschap.

Omdenken: borstvoeding als behandeling

Het belang van moedermelk voor de gezondheid van moeder en kind worden erkend, maar het voeden zelf lijkt vooral beschouwd te worden als een kwetsbaar en belastend proces. Aan de hand van postpartum depressie en voeden met een korte tongriem hoop ik te laten zien dat het voeden zelf kan bijdragen aan behandeling en genezing. Dat vraagt omdenken bij ouders en zeker ook bij zorgprofessionals.

1,50 E (VII) CERP

Sandra Zadkovic, BA (Hons)

Sandra Zadkovic is een trotse moeder, borstvoedingsvrijwilliger voor andere moeders en werkt in de non-profit sector, waar ze deel uitmaakte van organisaties die zich bezighielden met gezondheid, voedselzekerheid en milieukwesties. Haar persoonlijke borstvoedingservaring wakkerde haar belangstelling voor borstvoeding aan en voedde haar passie om het recht op borstvoeding te beschermen. Als student Ecologische Volksgezondheid aan de universiteit van Toronto, de Dalla Lana School of Public Health, onderzocht Sandra de historische en voortdurende raakvlakken tussen borstvoeding en klimaatverandering. Zij publiceerde haar onderzoek in het artikel Breastfeeding and Climate Change, Overlapping Vulnerabilities and Integrating responses, in the Journal of Human Lactation in april 2020. Het doel van haar onderzoek is om gezondheidszorg professionals, beleidsmakers, non-profit organisaties en pleitbezorgers voor borstvoeding overal ter wereld aan te zetten om de systemische oorzaken van de ondermijning van borstvoeding te herkennen en solidair samen te werken met andere anti-onderdrukkende bewegingen, inclusief de beweging voor klimaatrechtvaardigheid.

Borstvoeding en Klimaatverandering

Vanuit een ecologische benadering van volksgezondheid, onderzoekt de spreker in deze presentatie de relatie tussen twee overlappende wereldwijde uitdagingen voor de volksgezondheid die een onevenredig grote impact hebben op vrouwen en kinderen: klimaatverandering en ondermijning van borstvoeding. We onderzoeken de historische oorzaken die aan de basis liggen van deze ongelijkheid en de overlappende hedendaagse kwetsbaarheden die hierin een rol spelen. Dit doen we aan de hand van twee theoretische raamwerken, politieke ecologie en ecofeminisme. We maken dit inzichtelijk door de indicatoren van wereldwijde klimaatrisico’s samen te brengen met de borstvoedingscijfers. Met de kennis van deze analyse onderzoeken we paden voor verandering, die vanaf de basis zouden moeten beginnen door de focus te leggen op solidariteit tussen sociale en klimaatrecht-bewegingen.

1,00 E (VII) CERP

Lourdes Santaballa Mora, MS, IBCLC, CLAAS, IYCFS

Lourdes Santaballa Mora is een activiste en organisator die zich ingezet heeft op het gebied van huiselijk geweld, sociale huisvesting, het voorkomen van ongewenste zwangerschappen en op het gebied van zuigelingenvoeding. Wat borstvoeding betreft heeft Lourdes gewerkt als vrijwillig contactpersoon voor lotgenoten, mentor bij de lBCLC, onderzoekster en trainer. Ze is de medeoprichter van Alimentation Segura Infantil (Veilige zuigelingenvoeding), een organisatie die zich richt op het bevorderen van borstvoeding, leiderschap en het vergroten van capaciteiten bij traditionele gemeenschappen aan de rand van de samenleving met een focus op voorbereiding op rampen, respons en herstel. Hierbij gebruikt ze non-binaire en gender-inclusieve termen.
Het Spaanstalige Alimentation Segura Infantil (ASI) is ontstaan na de orkanen Irma en Maria in 2017 en actief gebleven na de aardbevingen van 2019 en 2020 en de Covid-19 pandemie. ASI is momenteel de grootste non-profit organisatie in Puerto Rico die zich voor de bevolking inzet op het gebied van voeding voor zuigelingen en jonge kinderen, en ze bieden ook overal ondersteuning waar Spaanstalige hulp nodig is. ASI heeft ook een IBCLC Care Award ontvangen en is een mentor voor aspirant IBCLC’ers. Lourdes is een voormalige leidster bij La Leche League en is actief geweest in het United States Breastfeeding Committe IFE Core Group en de United States Lactation Consultant Association.
Ze heeft verschillende prijzen en onderscheidingen gekregen op het gebied van haar activisme en onderzoek. Te midden van twee orkanen van categorie 5, aardbevingen en een wereldwijde pandemie, was ze in staat om haar master in Klinische voeding en integratieve gezondheid af te ronden in 2020. Je kunt naar haar wekelijkse podcast in het Spaans -Teta e Pedro Lactantia intersectionale- luisteren op alle grote platformen voor podcasts. Haar presentatie voor ons heet “Also known as the WHO Code Understanding and making the international code relevant”.

Het staat bekend als de WHO Code: het begrip en belang van de internationale code

De Internationale Code voor het op de markt brengen van Vervangingsmiddelen voor Moedermelk is een van de meest belangrijke documenten over ethisch handelen aangaande onderwijs en de promotie van producten aan de groepen mensen die wij zorg geven. Maar hoeveel van ons hebben of gaan deze code ooit echt lezen? In eenvoudige bewoordingen en met alledaagse voorbeelden zullen we de belangrijkste aspecten van het document uitpluizen. Aan de hand van concrete voorbeelden ontdekken we wat de Internationale Code wel en niet omvat, we bespreken welke problemen en beperkingen er zijn en hoe we op een ethische manier de bedoelingen ervan in ons werk als lactatiekundigen kunnen toepassen.

1,25 E (VII) CERP

Sam Geuens Klinisch Seksuoloog, Psychotherapeut & Ethicus (MSC, MA, PEV)

Sam Geuens is een Belgische klinisch seksuoloog, oplossingsgericht psychotherapeut en ethicus, werkzaam als docent aan de Vroedkunde School van de Hogeschool PXL in Hasselt (België).

Sam begon zijn carrière als klinisch seksuoloog in een polikliniek in Nederland, waar hij patiënten met dubbele diagnoses (seksuele moeilijkheden en psychopathologie) begeleidde. Na enkele jaren keerde hij terug naar België, waar hij de Poliklinieken voor Seksuologie oprichtte in het Algemeen Ziekenhuis St. Elisabeth (Herentals), het JESSA Ziekenhuis (Hasselt) en het Sint-Franciscus Ziekenhuis (Heusden-Zolder) waar hij momenteel praktiseert.

Sam richt zich op “medische seksuologie” (het aanpakken van seksuele problemen veroorzaakt door ziekte, lichamelijke beperking en medische ingrepen), met speciale aandacht voor het begeleiden van vrouwen en koppels. Naast zijn klinische praktijk geeft Sam al ongeveer 10 jaar les aan student-vroedvrouwen aan de Hogeschool PXL over seksuele gezondheid, geestelijke gezondheid, begeleiding en professionele ethiek. Sam’s gepassioneerde inzet voor de seksuele gezondheid en het welzijn van mensen komt tot uiting in zijn betrokkenheid als bestuurslid bij onder andere de Professionele Vereniging voor Vlaamse Seksuologen (VVS), het Uitvoerend Comité van de Europese Federatie voor Seksuologie (EFS), het Europese Netwerk van de Internationale Federatie voor Geboorteplanning (IPPF-EN), het Korzybski Instituut Brugge-België, het Vlaamse opleidingsinstituut voor Oplossingsgerichte Therapie, en het Centrum voor Ethiek en Waardeonderzoek (CEVI) aan de Universiteit Gent in België. Het grootste deel van Sam’s geschreven werk over onderwerpen op het gebied van seksuele gezondheid bestond uit bijdragen aan educatieve boeken voor zorgprofessionals.

De morele plicht om seksueel welzijn te includeren in borstvoedingsondersteuning

De deontologische code van de International Confederation of Midwives spreekt van de morele plicht om tegemoet te komen aan de psychologische, fysieke, emotionele en spirituele behoefte van de vrouwen waarvoor men zorgt. Met andere woorden, een moreel waardenvolle vroedvrouwenpraktijk dient realistisch te zijn en elke vrouw te benaderen vanuit een biopsychosociaal perspectief. Een dergelijke deontologische benadering van de vroedvrouwenpraktijk vertrekt vanuit een plichtethiek opvatting die deel uitmaakt van de familie van bio-ethische kaders zoals het ‘principlism’ van Beauchamp & Childress (2019), waarin waarden zoals autonomie, het niet-schaden principe, weldoen en rechtvaardigheid vooropstaan.

Seksuele gezondheid wordt door de World Health Organisation gedefinieerd als een toestand van fysiek, mentaal, emotioneel en sociaal welbevinden met betrekking tot seksualiteit (2006a). Hiermee maakt de WHO duidelijk dat seksuele gezondheid een deel dient te zijn van onze conceptualisering van algemene gezondheid en dat zorgen voor seksueel welzijn deel uit moet maken van holistische zorg.

Kijkend naar de praktijk van borstvoedingsondersteuning leert onderzoek ons dat actief borstvoeden, zelfs wanneer de borstvoeding op een vlotte en gezonde manier verloopt een duidelijke impact heeft op de seksualiteitsbeleving van de vrouw. Zeker ook wanneer er sprake is van moeilijk verlopende borstvoedingen, of zelfs borstpathologie, creëert dit een voedingsbodem voor het ontwikkelen van seksuele problemen voor de vrouw en het koppel (Geuens, et.al., 2023).

Vertrekkend vanuit ethisch en onderzoeks geïnspireerd kader argumenteert deze lezing dat enkel de praktijk van borstvoedingsondersteuning die ruimte maakt voor het seksueel welzijn van vrouwen en koppels kan gezien worden als ethisch waardevolle, ‘goede’ borstvoedingsondersteuning

1,00 E (VII) CERP