Onze tweede nederlandse online borstvoedingsconferentie
Uitdagingen bij borstvoeding
Online borstvoedingconferenties
1 tot 31 mei 2015
Diverse “Keien in Lactatiekunde” spraken op onze tweede nederlandse online borstvoedingsconferentie Uitdagingen bij borstvoeding. Deze was online te zien in mei 2015 en werd bezocht door Nederlands-sprekenden wereldwijd.
Deze conferentie is afgesloten en de presentaties zijn niet meer zichtbaar. U kunt nog wel de inleiding lezen en meer achtergrond over de sprekers. Dank voor uw belangstelling!
De WHO Code voor ethische marketing van borstvoedingvervangende producten
Caroline Kruger lactatiekundige, IBCLC - Lees meerDe WHO Code voor ethische marketing van borstvoedingvervangende producten
Caroline Kruger lactatiekundige, IBCLC
Caroline Kruger is jurist en lactatiekundige IBCLC. Zij heeft als lactatiekundige een zelfstandige praktijk, nultien borstvoeding, en is actief in Rotterdam en Lansingerland. Daarnaast is zij als medewerker verbonden aan Stichting Babyvoeding.
Stichting Babyvoeding bestaat sinds 2003 en neemt als lid van IBFAN deel aan verschillende nationale en intenationale werkgroepen. Het doel van Stichting is de bescherming van optimale zuigelingenvoeding door het pleiten voor ethische marketing van borstvoeding vervangende producten. Dit doen wij door de kennis over de WHOCode te delen en door als vraagbaak beschikbaar te zijn voor het algemene publiek via twitter en facebook. Ten behoeve van beleidsmakers creëren we een overzicht van wat er op de markt gebeurt, dit om de relevantie van de implementatie van de volledige Code voor Nederland zichtbaar te maken. Tenslotte doen we ons best om beleidsmaatregelen borstvoedingsvriendelijk te maken en belangenverstrengeling bij beleid gericht op optimale zuigelingenvoeding te voorkomen.
De WHO Code voor ethische marketing van borstvoedingvervangende producten
In de lezing gaat Caroline in op de WHOCode, die voluit heet: International Code of Marketing of Breast-milk Substitutes. Waarom werd de Code gemaakt, wie was er betrokken bij het opstellen van de Code, welke producten en materialen vallen onder de Code, is de Code ook in Nederland relevant, waar kun je de Code vinden, bij wie kun je terecht met vragen over de Code, wat als je iets ziet wat volgens de Code niet hoort, kun je een melding doen, wat gebeurt er met een melding?
Deze lezing is relevant voor iedereen die met zwangeren en recent bevallen vrouwen te maken heeft. Ben jij verbonden aan een borstvoedingsvriendelijke gecertificeerde organisatie? Dan is deze lezing echt iets voor jou! Met deze lezing leer je meer over de inhoud en het belang van de Code. Overweegt jouw organisatie om het borstvoedingscertificaat aan te vragen, dan is de Code één van de onderwerpen waar je meer van moet weten. Verdiep je er alvast in, dan stap je beter voorbereid in het certificeringstraject.
Kolven in de zwangerschap
Annet Mulder lactatiekundige, IBCLC - Lees meerKolven in de zwangerschap
Annet Mulder lactatiekundige, IBCLC
Annet Mulder is van oorsprong A- verpleegkundige maar is pas met borstvoeding in aanraking gekomen toen zij in 2000 haar eerste zoon kreeg. Van 2002-2013 is Annet werkzaam geweest als contactpersoon en als organisator van de interne scholingdagen bij de vrijwilligersorganisatie VBN (Vereniging Borstvoeding Natuurlijk). In 2008 is zij met haar opleiding tot lactatiekundige IBCLC gestart en werkt sindsdien als lactatiekundige in een BFHI ziekenhuis. In 2011 is daar haar eigen praktijk bijgekomen en de laatste jaren geeft zij les op de Nederlandse opleiding tot lactatiekundige en wordt zij regelmatig uitgenodigd als spreker over verschillende onderwerpen. Wat betreft het onderwerp kolven in de zwangerschap heeft zij op meerdere plekken in het buitenland mogen spreken.
Kolven in de zwangerschap
Het kolven van colostrum in de zwangerschap is een onderwerp dat voor veel zorgverleners nieuw is. De zwangere vrouw begint tijdens de zwangerschap al colostrum te produceren. Tijdens de laatste weken van de zwangerschap bestaat de optie om met de hand te kolven en colostrum te verzamelen. Het verzamelen van deze melk kan om verschillende redenen nuttig zijn maar de belangrijkste is het voorkomen van het gebruik van kunstvoeding. Tijdens de lezing zal Annet Mulder de verschillende redenen om colostrum te verzamelen bespreken, onderzoeken hierbij betrekken en de praktische kant van het kolven in de zwangerschap bespreken.
Groeicurves: Is meten echt weten? Valkuilen bij interpretatie van groei
Erica Post, kinderarts - Lees meerGroeicurves: Is meten echt weten? Valkuilen bij interpretatie van groei
Erica Post, kinderarts
Erica Post is sinds 22 jaar “all-round” kinderarts en werkzaam in het St Antoniusziekenhuis Utrecht/ Nieuwegein. Ze heeft 21 jaar ervaring met borstvoeding, eerst als moeder van 3 kinderen en daarna als begeleidend deskundige “op de werkvloer” en docent (voeding, immunologie en medicatie) aan de opleidingen tot lactatiekundige. Ze is lid van de Medische Advies Commissie van de VBN. Mede door haar artikel in het NtvG en tijdschriften voor kraamverzorgenden en verloskundigen is het probleem van de korte tongriem bespreekbaar en behandeling ervan toegankelijker geworden. Om het taboe op lang borstvoeden te doorbreken werkte ze enthousiast mee aan de documentaire “Tiet zat”. Meerdere malen was ze gastspreker op borstvoedingcongressen in binnen- en buitenland en in 2014 winnares van de laatste Nederlandse Borstvoedingsprijs.
Groeicurves: Is meten echt weten? Valkuilen bij interpretatie van groei
Naar de komst van de borstvoedingsgroeicurves is reikhalzend uitgekeken en ze zijn er inmiddels enkele jaren. Maar alle curves, ook deze groeicurves, vragen kundigheid in interpretatie. Ook deze! Uitgelegd zal worden hoe ze ontstaan zijn maar vooral ook hoe ze te gebruiken en wanneer ze beter (even) niet gebruikt kunnen worden…. Ken de valkuilen van deze prima curves!
Uitdagend normaal
Gonneke van Veldhuizen-Staas, IBCLC - Lees meerUitdagend normaal
Gonneke van Veldhuizen-Staas, IBCLC
Geboren in Den Haag als vijfde kind in een onderwijzersgezin in 1956, opgegroeid in de Zuidwesthoek van Noord Brabant en mijn volwassen leven begonnen in Zeeland, waar ik trouwde en zelf ook vijf kinderen kreeg. Ik begon met de zelfde loopbaan als mijn beide ouders als kleuterleidster oude stijl en leraar basisonderwijs. Tijdens mijn bewuste thuismoederschap werd ik leidster bij La Leche League, waar ik onder andere de functies van coördinator publicaties, hoofd van de afdeling opleidingen en hoofd van de afdeling leidsters, c.q. voorzitter van de stichting vervulde. Vanuit mijn LLL werk werd ik in 1992 lactatiekundige IBCLC, in de eerste lichting lactatiekundigen in Nederland. Daar ben ik betrokken geweest bij de eerste stadia van de oprichting van de beroepsvereniging NVL en de opleidingsstichting SBO en bij de start van wat later de Stichting Zorg voor Borstvoeding zou worden. Tot 2008 ben ik als lactatiekundige werkzaam geweest in de (particuliere) moeder en kind zorg en in de scholing van zorgverleners en toekomstige lactatiekundigen in diverse settings. Vanaf 2008 is mijn bedrijf Eurolac Lactatiekunde een zelfstandige onderneming met drie poten: lactatiekundige praktijk, webwinkel en educatieve programma’s. Lesgeven en lezingen geven blijven een belangrijk deel van mijn werk. Mijn specialisaties zijn de biologische normaalheid van borstvoeding, aanleggen en overproductie. Een groeiende interesse zorgt ook gaandeweg voor specialisatie in candida infecties en orale anatomische variaties en het effect daarvan op borstvoeding. Schrijven over borstvoeding is een rode draad door mijn hele loopbaan heen. Dat begon met brochures voor LLL, de coördinatie van het vertalen van het Handboek van LLL, gevolgd door eigen publicaties van informatiebladen en instructiekaarten en artikelen online en een wetenschappelijk artikel: Overabundant milk supply: an alternate way to intervene by full drainage and block feeding. International Breastfeeding Journal 2007, 2:11 (29 August 2007). Ook publiceerde ik vier boeken: Het jaar van de baby, Borstvoeding-een handleiding, Gentiaan Violet – obsoleet of innovatief, en Borstvoeding van dag tot dag.
Uitdagend normaal
Borstvoeding geven is de normale manier van voeden en verzorgen van mensenkinderen, net als het dat is voor andere zoogdieren. Over de fysiologie van de menselijke lactatie en normaal menselijk zorggedrag is de laatste decennia veel ontdekt en wetenschappelijk onderzoek heeft veel van de dingen die al als bekend werden verondersteld bevestigd. Toch blijven adviezen over de voeding en verzorging van zuigelingen en door zorgverleners opgestelde en gehanteerde protocollen deze fysiologie op grote schaal negeren en tegenspreken. Borstvoeding wordt mede daardoor vaak gezien als iets heel ingewikkelds en bijzonders in plaats van iets normaals. Het is een uitdaging voor lactatiekundigen en andere zorgverleners die zich bezighouden met de menselijke lactatie en de begeleiding van borstvoeding om vanuit de fysiologie borstvoeding als iets normaals neer te zetten en te begeleiden. Net zo normaal als alle andere fysiologische processen.
Ouders helpen de tweede nacht te overleven: een theoretische visie op de reactie van de zuigeling op overstimulatie
Jan Barger, RN, MA, IBCLC, FILCA - Lees meerOuders helpen de tweede nacht te overleven: een theoretische visie op de reactie van de zuigeling op overstimulatie
Jan Barger, RN, MA, IBCLC, FILCA
Jan Barger woont vlak bij Chicago, Illinois en is verpleegkundige met een bachelors degree in psychologie en een master in counseling. Zij is een IBCLC vanaf 1987 en een FILCA vanaf 2008. Ze werkt sinds 1972 in de moeder-kind zorg en heeft al meer dan 28 jaar een zelfstandige lactatiekundige praktijk. Zij is bestuurslid bij de Lactation Education Consultants die een gevarieerd programma met scholingen over borstvoeding aanbieden aan ziekenhuizen en de algemene gezondheidszorg. Jan is president geweest van de ILCA, heeft deelgenomen aan het IBLCE bestuur en in de IBCLE examen commissie, ze was de eerste redacteur van de ILCA Globe, en is mede-auteur van Clinical Experience in Lactation: een blauwdruk voor stage en klinische instructie in lactatie. Momenteel maakt Jan deel uit van de Ethics and Code Commissie van de ILCA.
Ouders helpen de tweede nacht te overleven: een theoretische visie op de reactie van de zuigeling op overstimulatie
Wat is de baby’s tweede nacht? Waarom zijn baby’s zo onrustig die tweede nacht? Deze presentatie gaat hier op in vanuit het gezichtspunt van de moeder, de baby en de verpleegkundige, en kijkt naar het verschil tussen ziekenhuisomgeving (of thuis) en de baarmoeder en de effecten va overstimulatie. Waarom wordt er zo vaak bijgevoed? Wat is er werkelijk gaande en kunnen wij hier iets aan doen?
Kun je me helpen met borstvoeding geven? Bouwen aan zelfredzaamheid bij borstvoeding geven – van de theorie naar de praktijk
Rebecca Glover, RM, IBCLC - Lees meerKun je me helpen met borstvoeding geven? Bouwen aan zelfredzaamheid bij borstvoeding geven – van de theorie naar de praktijk
Rebecca Glover, RM, IBCLC
Rebecca Glover heeft een bijzondere interesse ontwikkeld in het proces en de praktijk van borstvoeding tijdens haar opleiding tot verloskundige in 1970. In 1989 werd zij lactatiekundige in een zelfstandige praktijk, werkte zij met moeders en baby’s met borstvoedingsproblemen, gaf zij workshops en lezingen voor zorgverleners, zowel nationaal als internationaal. Rebecca is een specialist op het gebied van voedingshoudingen en aanleggen (latching) en haar serie van lesmateriaal, zoals de video ‘Follow Me Mum’ wordt veel gebruikt in ziekenhuizen en klinieken door heel Australië en daarbuiten.
Kun je me helpen met borstvoeding geven? Bouwen aan zelfredzaamheid bij borstvoeding geven – van de theorie naar de praktijk
Zelfredzaamheid is een sterke en beïnvloedbare voorspeller van succesvolle borstvoedingsresultaten. In deze presentatie beschrijft Rebecca hoe je de zeer praktische principes van de zelfredzaamheid-theorie kunt gebruiken. Zij beschrijft hoe je de moeder kan leren haar baby’s aangeboren borstvoedingsgedrag te ondersteunen en hoe dit op eenvoudige, effectieve en wetenschappelijk bewezen wijze kan helpen bij aanlegproblemen en verminderd vertrouwen in hun vermogen om borstvoeding te geven.
Platte hoofden, stijve nekken en borstvoeding
Pam Heselev, RN, RM, DipAppSci(CHN), MHS, IBCLC - Lees meerPlatte hoofden, stijve nekken en borstvoeding
Pam Heselev, RN, RM, DipAppSci(CHN), MHS, IBCLC
Pam Heselev is een moeder- en gezondheidsverpleegkundige en een lactatiekundige die uitvoerig gewerkt heeft met baby’s met voedingsproblemen als gevolg van positie- of tonusproblemen zowel in de zelfstandige praktijk als in een groot opleidingsziekenhuis in Melbourne. Ze heeft een evaluatieversie van een assessment tool en een behandelingsprogramma voor deze baby’s geleid en heeft haar Master of Health Science (Nursing) behaald aan de Deakin University in 2009. Pam is een tijdelijke docent aan de Deakin University, Holmesglen TAFE en RMIT University, waar ze les geeft aan studenten verloskunde, moeder en kind verpleegkundigen en aan studenten die zich bezig houden met vroege ontwikkeling bij kinderen.
Platte hoofden, stijve nekken en borstvoeding
Deze presentatie geeft een overzicht van plagiocephalie en torticollis en het effect dat deze condities kunnen hebben op borstvoeding. De resultaten van een literatuurstudie uitgevoerd als onderdeel van een Master in Health Science zullen worden gepresenteerd. Plagiocephalie en torticollis worden gedefinieerd en een overzicht van diagnose en omgaan met worden besproken. De ontwikkeling van normaal zuiggedrag wordt eveneens gepresenteerd. Het belang van buikligging voor de normale motorische ontwikkeling wordt geschetst.
De onderlinge relaties tussen obesitas, zwangerschap en borstvoeding
Kathleen Marinelli, MD, IBCLC, FABM, FAAP - Lees meerDe onderlinge relaties tussen obesitas, zwangerschap en borstvoeding
Kathleen Marinelli, MD, IBCLC, FABM, FAAP
Dr Marinelli is een buitengewoon professor in kindergeneeskunde aan de University of Connecticut School of Medicine, en een neonatoloog en directeur van Lation Support Services in het Connecticut Children’s Medical Center, Hartford, CT, USA. Zij is afgestudeerd aan de Cornell University en aan de Cornell University School of Medicine en was staflid van diverse afdelingen in het Children’s National Medical Center, George Washington University, Washington DC.
Zij behoorde tot de eerste groep van 20 artsen die internationaal erkend werden als “Fellow of the Academy of Breastfeeding Medicine” (FABM), en is bezig met haar tiende jaar bij de ABM Board of Directors, tevens is zij voorzitter van de commissie protocollen. Zij vertegenwoordigt ABM in het United States Breastfeeding Committee, waar zij voorzitter is van de media/PR commissie en werd gekozen tot voorzitter van de USBC in augustus 2012. Zij is lid van de American Academy of Pediatrics (AAP) Section on Breastfeeding, en vanaf 2000 is zij de coördinator van de AAP Connecticut Chapter Breastfeeding.
Zij was behulpzaam in het opstellen en doorgeven van uitgebreide regelgeving mbt borstvoeding op de werkplek in Connecticut in 2001, en wetgeving in 2012. Zij is vrijwilliger bij een medische adviesraad voor Baby-Friendly USA. Naast haar werkzaamheden in vele landelijke en lokale commissies is zij ook nog actief in de Conneticut Breastfeeding Coalition. Zij is auteur van een aantaal hoofdstukken, monografieën, onderzoeksartikelen en ABM protocollen. Zij geeft vaak lezingen in Amerika en in het buitenland.
De onderlinge relaties tussen obesitas, zwangerschap en borstvoeding
Onderzoek laat een duidelijke reeks van complexe en zorgwekkende koppelingen aan tussen zwangerschap, obesitas en borstvoeding. Deze presentatie maakt een begin met het ontrafelen van de gekoppelde relaties en bespreekt wat zorgverleners kunnen doen om een gezond gewicht van de patiënt en borstvoeding te bevorderen. Recent onderzoek toont de voordelen aan, op korte en lange termijn, van borstvoeding aan baby’s van obese moeders. Er is een overzicht van de verscheidenheid van gedrags-, fysiologische-, groei- en verstorende factoren die allemaal bijdragen in de rol van borstvoeding als preventie van obesitas met inbegrip van de onderlinge relatie tussen moeders’ obesitas, gebrek aan borstvoeding en kinderlijke obesitas. Tevens zal er een overzicht zijn van sommige aan obesitas gerelateerde anatomische uitdagingen samen met specifieke praktische strategieën die obese moeder helpen bij het geven van borstvoeding.
Wat is er nu echt mis met één fles?
Lawrence Noble, MD, FABM, IBCLC - Lees meerWat is er nu echt mis met één fles?
Lawrence Noble, MD, FABM, IBCLC
Sinds de voltooiing van opleiding tot neonatoloog bij Rainbow, heeft Dr Lawrence Noble gewerkt als kinderarts en neonatoloog in New York City, momenteel bij de Mount Sinai School of Medicine, in Elmhurst. Tegelijkertijd is hij steeds meer betrokken geraakt bij borstvoeding in geneeskundig opzicht. Hij stichtte en was voorzitter van de Bronx Breastfeeding Coalition en de Breastfeeding Beyond Basics Conferences in NYC.
Hij was mede-voorzitter van de HHC Taskforce on Breastfeeding, die belangrijke intitiatieven heeft ontwikkeld om borstvoedingscijfers te verbeteren voor 11 ziekenhuizen. Hij was directeur van de site van de AAP Breastfeeding Residency Curriculum. Hij is een uitvoerend commissielid van de Breastfeeding Section van de AAP, van de raad van bestuur van de Academy of Breastfeeding Medicine en de New York City Breastfeeding Promotion Leadership Committee. Hij is voorzitter van de ABM opleidingscommissie en vertalingscommissie van protocollen.
Wat is er nu echt mis met één fles?
Terwijl er grote verbeteringen zijn te zien, door de bevordering borstvoeding, in de totale borstvoedingscijfers blijven de cijfers van exclusief borstgevoede kinderen beneden de nationale doelstellingen. Recent onderderzoek heeft het belang van vroege voedingen op de gezondheid op vroege en lange termijn toegelicht. Deze presentatie bespreekt de huidige literatuur over het gevaar van kunstvoeding. De rol van de voeding met betrekking tot de verandering van de bacteriële flora en het effect daarvan op infecties en inflammatoire ziektes, inclusief NEC, worden onderzocht. Bovendien concentreert de presentatie zich op de ingrijpende gevolgen van borstvoeding voor de gezondheid op lange termijn door het vertragen van de eerste groeicijfers bij zuigelingen. Onderzoek heeft aangetoond dat snelle groei bij zuigelingen een rol heeft bij het ontstaan van obesitas op langere termijn, hart- en vaatziekten en diabetes type 2.
Samen werken : Communiceren met artsen over borstvoeding
Jennifer Thomas, MD, MPH, IBCLC, FABM, FAAP - Lees meerSamen werken : Communiceren met artsen over borstvoeding
Jennifer Thomas, MD, MPH, IBCLC, FABM, FAAP
Dr Jennifer Thomas is een kinderarts en een geneeskundig borstvoedingsspecialist in Franklin, Wisconsin, USA. Zij is momenteel hoofd van alle 78 afdelingen van borstvoedingscoördinatoren. Dit is een groep die de divisie borstvoeding van de American Academy of Pediatrics als ambassadeurs vertegenwoordigen in hun gemeenschap, maar zij zullen worden toegevoegd aan het uitvoerende team in de herfst van 2014. Zij is ook onderdeel van de raad van bestuur van de afdeling van de AAP in Winconsin en is oprichtster en voormalig voorzitter van Wisconsin Breastfeeding Coalition. Onlangs behaalde zij haar Master of Public Health (MPH), met haar proefschrift gericht op ondersteuning van borstvoeding en sociale media. Zij is één van de weinige artsen wereldwijd die de titel FABM (Fellow of the Academy of Breastfeeding Medicine) bezit. Recent heeft zij meegeschreven aan haar eerste boek, Dr Jen’s Guide to Breastfeeding. Je kan haar vinden op Facebook, Twitter en haar website, www.drjen4kids.com.
Samen werken : Communiceren met artsen over borstvoeding
Artsen kunnen machtige bondgenoten zijn in het veranderen van de borstvoedingscultuur van een ziekenhuis of de gemeenschap, maar hoe kunnen we ze betrekken in dat pleidooi? Hoe kunnen we onze passie voor borstvoeding delen met artsen die misschien niet veel onderwijs hebben gehad op dit gebied of persoonlijk een slechte ervaring hebben gehad wat het advies dat ze geven beïnvloedt. Deze presentatie beschrijft wat we weten over de kennis en houding van artsen, bespreekt hoe artsen leren en welke strategiën kunnen motiveren tot verandering. Er wordt besproken hoe je potentiële wegversperringen herkent en kunt voorkomen en geeft suggesties over hoe je met artsen zou kunnen communceren om hen mee te krijgen met het promoten van borstvoeding.
Meer melk maken
Diana West, BA, IBCLC - Lees meerMeer melk maken
Diana West, BA, IBCLC
Diana West is een lactatiekundige IBCLC met een zelfstandige praktijk, mede-auteur met Teresa Pitman en Diane Wiessinger van de 8e editie van La Leche League International’s The Womanly Art of Breastfeeding. Zij is ook mede-auteur van Lisa Marasco met The Breastfeeding Mother’s Guide to Making More Milk en Dr Elliot Hirsch met Breastfeeding After Breast and Nipple Procedures, en ILCA’s Clinician’s Breastfeeding Triage Tool. Zij is de auteur van Defining Your Own Success: Breastfeeding After Breast Reduction Surgery.
Zij is lid van de Editorial Review Board van de Journal of Clinical Lactation, een La Leche League leidster en de Media Director voor La Leche League International. Ze heeft een bachelor’s degree in psychologie, en is de beheerder van de populaire websites: BFAR.org, LowMilkSupply.org, en LactSpeak.com.
Meer melk maken
Met nieuw onderzoek en innnovaties op lactatiekundige gebied zijn er nu veel meer manieren om de melkproductie te verhogen dan in voorgaande jaren. Deze presentatie laat de meest veelbelovende nieuwe methodes zien, met informatie hoe je de methode kunt richten op het onderliggende probleem.
Klinisch gebruik van tepelhoedjes
Barbara Wilson-Clay, BSEd, IBCLC, FILCA - Lees meerKlinisch gebruik van tepelhoedjes
Barbara Wilson-Clay, BSEd, IBCLC, FILCA
Barbara Wilson-Clay heeft een zelfstandige praktijk in Austin, Texas, Amerika, gespecialiceerd in arts-gerelateerde problemen met borstvoeding sinds 1987. Ze heeft geholpen bij het oprichten van de non-profit moedermelkbank in Austin, en was onderdeel van de raad van bestuur gedurende 11 jaar, waarvan de laatste twee jaar als vice-president.
Als een vrijwillige lobbyist voor Texaanse wetgeving was zij bij elke politieke bijeenkomst aanwezig sinds 1993, waardoor Barbara een cruciale rol heeft gespeeld in het tot stand komen van de wetgeving rondom borstvoedingsrechten.
Haar zakelijke klanten zijn Motorola, IBM, en Apple voor wie zij borstvoedingsondersteuning op de werkplek en borstvoedingsruimtes heeft ontwikkeld.
Barbara’s onderzoek en commentaren zijn gepubliceerd in The Journal of Human Lactation, recente uitgaven van Clinical Lactation, Birth Issues, Breastfeeding Abstracts, The International Breastfeeding Journal, het ICEA Journal, en Archives of Disease in Childhood. Zij maakt deel uit van verschillende redactieraden. Barbara vertegenwoordigde de ICLA bij de International Board of Lactation Consultant Examiners (IBLCE), en is een La Leche League leidster sinds 1981. Zij is benoemd tot Fellow of the International Lactation Consultant Association (FILCA) in 2008. Barbara is mede-auteur van The Breastfeeding Atlas, en talrijk meertalig onderwijsmateriaal voor patiënten en professionals.
Klinisch gebruik van tepelhoedjes
epelhoedjes worden al meer dan 500 jaar gebruikt om verschillende borstvoedingsproblemen op te lossen. Oudere hoedjes worden geassocieerd met talrijke risico’s, waaronder het blootstellen van de baby aan giftige stoffen en het verminderen van de moedermelkproductie. Veranderingen in het design van de moderne hoedjes hebben de risico’s verminderd; desalniettemin blijft het wetenschappelijk bewijs van het nut van een tepelhoedje onvoldoende aanwezig. De consensus bij zorgprofessionals is dat er aanvullend onderzoek nodig is om vast te stellen wat de beste manier voor het gebruik is.
Deze presentatie heeft het over de geschiedenis van de tepelhoed, bekijkt de risico’s en de voordelen van tepelhoedjes, en evalueert het beschikbare wetenschappelijke bewijs voor het gebruik van een ultradun siliconen tepelhoedje. Praktische kwesties zoals aanbrengen, schoonmaken en afwennen van tepelhoedjes komen eveneens aan de orde.